Soms lijkt het in onze geloofsgemeenschap vooral te gaan om alles gewoon te laten draaien. Om behoud, om overeind blijven, om bestaan, om bewaren, om behouden wat er was en nu eigenlijk al niet meer is. Om heimwee naar toen alles nog vanzelf ging.
En dan, dan komt het erop aan: Wie ben jij ten diepste, als gelovige? Wat heb jij nodig, als deel van een geloofsgemeenschap? Wat vier je, wat vrees je, wat belijd je, wat benauwt je? Wat voedt je ziel? En van daaruit: hoe verhoudt dat zich tot jouw ‘zelfverstaan’ als voorganger?
Tijdens de ANDPV studiedagen ben ik op zoek naar een nieuw verstaan van mijzelf, als voorganger en schreef ik de volgende geloofsbelijdenis van wie ik ben en hoe dat doorwerkt in mijn rol als voorganger…en hoe dat zou kunnen/moeten/mogen doorwerken in de rest van de gemeenschap. Terug naar de basis, terug naar de kern.
Wie ben ik?
Wie ben ik ten diepste?
Ik heb geen idee
Ben ik één
met het zachte suizen
van de stilte?
Ik treed
in de voetstappen
van anderen,
omdat het nu eenmaal
makkelijker is
een berg te beklimmen
via gebaande paden
Wie ben ik?
Wie ben ik ten diepste?
Ten diepste ben ik
een klein lichaam
een klein sterfelijk lichaam
en een kleine ziel
deel van een grote onsterfelijke ziel
een deeltje dat loopt
in het licht van de eeuwigheid
Waar ga ik heen?
Waar kom ik vandaan?
Wie ben ik?
Een mens?
Een medemens?
Een medepelgrim?
Wie ben ik?
Wie ben ik ten diepste?
Een medepelgrim
van mensen die ik onderweg tegenkom,
tijdens het leven hier op aarde
deze bijzondere aarde
met haar bijzondere rijkdom
Ik ben vol eerbied,
dankbaarheid
en nederigheid
één van de velen
Vele pelgrims zijn
samen onderweg
Ik ben precies daar
waar ik wil zijn:
onderweg
Aly Meijer